Als moleculaire levenswetenschapper werk je altijd tegelijk in een wetenschappelijke en een maatschappelijke context. Zelfs wie zich diep in een laboratorium verschuilt, heeft nog steeds de hele tijd te maken met de samenleving. Zo komt het geld voor laboratoriumonderzoek niet uit de hemel, maar van de overheid, een bedrijf, of een maatschappelijke organisatie. Denk bijvoorbeeld aan NWO, een farmaceutisch bedrijf, of de Nierstichting. In toenemende mate moeten onderzoekers ook verantwoording afleggen over hoe ze dat geld gebruiken. Daarnaast maken allerlei actoren in de maatschappij ook zorgen om wat er in de laboratoria gebeurt – en vaak gebaseerd op goede redenen of nare ervaringen uit het verleden. Daardoor moeten onderzoekers ook verantwoording afleggen over veiligheidsmaatregelen, proefdiergebruik, of over mogelijke gevolgen van nieuwe technieken, zoals in biotechnologie. In ieder geval, waar je ook terecht komt straks, je krijgt als MLW-er te maken met overheden, met burgers (boos en blij), met regels, met ethische knopen, met onderzoeksinstellingen en financieringsinstellingen, misschien met bedrijven of onderzoeksfondsen, wellicht met patiëntenverenigingen of ziekenhuizen, journalisten of ambtenaren,… Met andere woorden: zodra je wat preciezer kijkt naar wie en wat er dan zo allemaal in die ‘samenleving’ zit, wordt het al gauw een verwarrende kluwen. Precies daar wil dit vak je helpen: hoe kan je als MLW-er zicht krijgen op de maatschappelijke omgeving? Wat kan je straks verwachten uit de samenleving en waar zitten de valkuilen? We leggen in dit vak de nadruk op sociale processen in de samenleving. Dat betekent dat we zullen proberen om de overheid en beleid wat beter te begrijpen, maatschappelijke actoren, maar ook de processen die spelen in maatschappelijke kwesties, zoals onenigheid over wat een probleem precies is of wat een nieuwe wetenschappelijke ontwikkeling betekent. |